Reisverhalen - 2014 Denemarken en IJsland

2014-08-20 - Seyðisfjörður
Zo, gisteren weer aangekomen in Seyðisfjörður. Afgelopen dagen hebben we ons rondje IJsland vol gemaakt. Weer mooie kust en fjord trajecten met ook wandelingen over strand en langs de kliffen. Bij Vopnafjörður hebben we nog een museum boerderij bezocht. De boerderij is bewoond geweest tot 1966. De inrichting is nog zoals de laatste bewoners het hebben achtergelaten. Leuk, met herkenbare apparatuur uit onze jeugd. In Seyðisfjörður hebben we een rustdag gepland om op ons gemak de foto's en verhalen bij te werken. De camping staat al behoorlijk vol en in de loop van de dag zullen nog wel meer veerbootpassagiers arriveren. IJsland is een mooi land en we hebben genoten van de rijke en afwisselende natuur. Het weer had voor ons wel wat warmer gekund, we hebben veel koude dagen met gure wind gehad. De hoeveelheid pure regendagen valt achteraf nogal mee. We hebben maar 3 dagen echt de hele dag binnen moeten zitten, verder hebben we tussen de buien door of in de namiddag, als het weer beter werd, onze plannen kunnen doorzetten. Morgen gaan we de veerboot op en dan zijn we over enkele dagen weer thuis.

2014-08-16 - Kópasker
Vanaf Mývatn zijn we naar Husavik gereden om een walvis excursie te maken. Een dag eerder via internet geboekt bij een wat kleinere maatschappij. Onze boot was een vissersboot van 14meter en we bleken maar met z'n tienen te zijn, volop plaats dus. Heel wat anders dan bij de andere boten, die stonden propvol. Tijdens de ochtendvaart was al een bultrug gesignaleerd en we zetten gelijk koers naar een groepje schepen, die aan de andere kant van de fjord lagen. En ja hoor, de bultrug was er nog. Met een soort kat en muis spelletje gaan de boten achter de walvis aan. Als de walvis ondergedoken is, kan hij/zij overal weer bovenkomen, dus iedereen in de rondte speuren en letten op de signalen van het bovenkomen: grote en kleine luchtbellen, waterbeweging die niets met de golfslag te maken kan hebben en uiteindelijk het uitblazen van lucht. Eenmaal boven blijft de walvis dicht onder de oppervlakte, haalt een paar keer diep adem en verdwijnt dan met een forse staartslag in de diepte. Na een minuut of 5 – 8 komt ie weer boven. Wij hadden geluk, de bultrug kwam net naast onze boot boven en bleef een tijdlang in de buurt, onder de boot door, vlak achter de boot weer bovenkomen, vlak voor de boot weer onderduiken. We hadden daardoor goed zicht op de grote kop en de bult met twee blaasgaten, de grote witte zwemvinnen en bij het onderduiken de mooie witgetekende staart. Na bijna een uur rond de bultrug te hebben gevaren nog een stuk de zee op om dolfijnen te spotten. Een drietal voerde een mooi synchroon dansje op en een paar kwamen golfrijden achter de boot. Al met al een erg geslaagd uitstapje. Na het boottochtje zijn we doorgereden naar Ásbyrgi, een natuurpark waar we een paar wandelingen willen doen. Ásbyrgi zelf is een droge canyon in de vorm van een hoefijzer, midden in het hoefijzer ligt een rotseiland Eyjan. 's-Avonds was het nog mooi en droog en hebben we een korte wandeling op het rotseiland gemaakt. De stukken pad langs de klifwand waren leuk, maar andere delen over heide met bosbessenstruiken vonden we wat saai. Gelukkig staan er volop bosbessen, dus plukken maar. De volgende dag een wandeling gemaakt op de rand van het hoefijzer en een doorsteek gemaakt naar de Jökulsá-canyon. Halverwege de doorsteek liepen we over een kaal gebied waar wind en water allerlei vormen hebben geboetseerd in het tufsteen, erg mooi. Het pad bereikte de canyon bij een punt met geweldig uitzicht op de canyon en de rivier. Het was droog maar zwaar bewolkt, we waren nog maar net in het busje terug of het begon te regenen, geluk gehad. Voor zaterdag was er slecht weer voorspeld, we waren inmiddels verplaatst naar camping Vesterdalen, een 25 kilometer naar het zuiden (jammer, geen douche). Vanaf die camping konden we een wandeling maken naar een basaltgebied en een kleurige berg. We hadden er niet veel vertrouwen in, maar de dag begon droog. Na een paar honderd meter zaten we al gelijk midden tussen spectaculaire basaltformaties, waar het pad zich tussendoor kronkelde. Telkens weer op en af basalttorens en telkens weer fantastische uitzichten op de snelstromende rivier. Als toetje nog de berg Rauðhólar, bedekt met een rood kiezelgesteente. We hebben lopen te genieten van al dit natuurschoon. Op de terugweg nog wel een bui over ons heen gehad, maar bij de bus waren we al weer bijna droog. Daarna doorgereden naar de waterval Dettifoss, de meest bekende en grootste (hoeveelheid water) van IJsland. Via een zijweggetje konden we nog bij een uitzichtpunt op een andere waterval komen, de Hafragilsfossl, zo van bovenaf ook een erg mooie waterval. De Dettifoss zelf en de naastgelegen Selfoss vielen voor ons wat in het water. Het hagelde en regende pijpenstelen en dan is het rondkijken snel over. Daarna de vallei weer uit (37 kilometer gravelweg, het busje ziet er niet meer uit!) en doorgereden naar Kópasker, een klein plaatsje aan de kust. De camping hier blijkt gratis te zijn, heeft een douche mét warm water én een wasplaats om het busje weer schoon te spuiten. Wij dus helemaal gelukkig.

2014-08-13 - Reykjahlíð (Mývatn)
Vrijdagmiddag, het blijft miezeren, maar gewapend met pluus alsnog de straat opgegaan om het plaatsje wat nader te bekijken. De pluus bleken al snel niet bestand tegen de IJslandse wind en die hebben we maar weggegooid. Na wat beeldhouwwerken te hebben bekeken, zijn we de (enige) winkelstraat ingedoken. Ook snel uitgekeken, we zijn niet zo koperig. In de bar van een hotel een cocktail uitgeprobeerd (happy hour :)) en daarna een pizza gaan eten. Zaterdag op weg naar Myvatn, na wat boodschappen en een zoektocht naar nieuwe parapluus – deze blijken in IJsland nauwelijks te verkrijgen, door de harde wind valt regen hier meestal horizontaal, de IJslanders gebruiken daarom geen pluus. Myvatn betekent “muggenmeer” en is zo genoemd vanwege de vele muggen. Ze steken niet of nauwelijks, maar kruipen wel hinderlijk in je neus, mond en oren. We waren daarom ook gewapend met hoofdnetjes. Gelukkig is het hier nu zo koud, dat de muggen het af laten weten. Rond het meer zijn veel vulkanische verschijnselen te bekijken. Zaterag al gelijk een wandeling gemaakt achter de camping naar een lavagrot, waarin heet water staat (zo'n 45 graden). Het pad liep al direct door een oud lavaveld met veel lavabellen en spleten, maar toch al behoorlijk begroeid met berkenbosjes. Erg afwisselend, bij de grot bleek dat je tegenwoordig niet meer mag baden, toch even geprobeerd. Leuk, maar na een minuut of twee toch wel erg heet. Zondag hebben we gewandeld in een geothermisch gebied met veel stoomblazers en modderputten. Het pad ging lekker steil en glibberig omhoog, zodat we een mooi overzicht hadden. 's-Middags wilden we nog een wandeling wat hoger in de bergen maken, maar dat gebied bleek in de wolken te liggen en het regende volop. Maar weer terug naar de camping en gezellig in het busje wat borrelen. Daarna een excursie gemaakt met een super Jeep naar de vulkaan Askja. Deze ligt een dikke 100km naar het binnenland toe over F-wegen. Dit soort wegen mag alleen met 4x4 wagens worden gereden, vooral omdat enkele rivierdoorsteken moeten worden gemaakt. Voor het traject dat wij reden werd nog extra gewaarschuwd, de waterstand in de rivieren is hoog door de aanhoudende regen. Onze Jeep kon tot ongeveer 1 meter diep en dat hebben we ook wel nodig gehad, erg spectaculair. De laatste 3 kilometer naar de vulkaan moesten we wandelen, gelukkig bleef het droog, we liepen wel regelmatig in de wolken. We waren natuurlijk niet de enige toeristen en het is een maf gezicht, zo'n optocht aan wandelaars op een mistige, kale hoogvlakte. Een aantal weken geleden is een groot stuk bergwand in het kratermeer gegleden en heeft daarbij een soort tsunami veroorzaakt, waarbij aan de andere kant van het meer – dus waar wij liepen! - grote stukken kust zijn weggeslagen. De route naar het meer is pas sinds twee dagen vrijgegeven, de sporen van de overstroming zijn nog duidelijk te zien. Afgelopen dagen een aantal kleinere wandelingen gemaakt rond het Myvatn meer. Een gebied met pseudokraters, kraters die zijn ontstaan door stoomexplosies toen de lava het meer instroomde, een grote gasexplosiekrater en verschillende gebieden met allerlei bizarre lavaformaties, erg leuk om doorheen te wandelen. Gisteren zijn we van camping verwisseld, de camping waar we stonden had te veel bezoekers ten opzichte van het sanitair, waardoor er regelmatig wachtrijen ontstaan en we zijn al twee keer gevraagd wat op te schuiven, zodat er nog een camper bijkon. De eerste keer hebben we netjes het busje wat verplaatst, achteraf zinloos, er kwam geen auto bij, maar bij de tweede keer hadden we de pest erin en hebben niet gereageerd. Nu staan we op een camping 5km verderop en hier is het lekker rustig.

2014-08-08 - Akureyri
De volgende dag weer onderweg naar Dalvik, onze volgende stop. Weer een afwisselende weg langs fjorden en baaien en dan weer een doorsteek over een stuk schiereiland heen. Vooral de afdalingen naar de kust zijn spectaculair, de weg lijkt zich dan omlaag in zee te storten. Halverwege het plaatsje Hólar aangedaan. Hólar was sinds de 12e eeuw de zetel van een bisschop en de kerk is nog steeds één van de weinige katholieke kerken in IJsland. Na bezichtiging van de kerk en enkele gerestaureerde 12-eeuwse huizen hebben we een wandeling gemaakt. Lekker steil omhoog, eerst door een naaldbomenbos, naar een dal halverwege de berg, dat een soort uitzichtbalkon vormt. Bovenop geluncht en van het uitzicht genoten. Vanuit Dalvik vertrekt 3x per week de veerboot naar het eiland Grimsey. Dat hebben we gedaan, 3 uur heen en 3 uur terug met zo'n 4 uur verblijftijd op het eiland. Grimsey is het meest noorderlijk liggende deel van IJsland. De poolcirkel loopt er middendoor. De heenvaart was behoorlijk onstuimig, waardoor veel passagiers zeeziek waren. We hebben dan ook nog steeds de beelden voor ons van groepjes doodzieke mensen, die zich bleek en met kotszakjes gewapend aan een hek vasthielden. Anja wilde er een foto van maken, maar dat vond ze toch te gênant, al die zieke mensen. De kust van het eiland bestaat uit hoge kliffen, waarop ontelbare meeuwen en papegaaiduikers nestelen. Zo veel vogels als op dit eiland hadden we nog niet gezien. We hebben weer enorm genoten van het gefladder van de papegaaiduikers. Een groot deel van het eiland kon worden bewandeld, alleen de kaarten in de haven en de paden in het terrein kwamen niet erg overeen. We kregen het dan ook weer voor elkaar om een pad te nemen, dat midden op het eiland ophield. Terug en omlopen zou te veel tijd gaan kosten, dus maar doorsteken. Dat viel nog wel tegen, het eiland was breder dan we dachten en de begroeiing is in hoge pollen gras, wat het lopen moeizaam maakt. Bij het naderen van de kust bleek dat we pal achter de landingsbaan zaten. Ook hier zou omlopen te veel tijd gaan kosten, dus hek over, landingsbaan over, nog een hek, pff. De landingsbaan en naastgelegen weilanden zijn het terrein van een kolonie Noordse Sternen, die dan ook massaal in de aanval gingen, toen we de landingsbaan naderden en overstaken. Snel doorlopen en maar molenwieken met je armen. Bij de boot aangekomen hadden we nog 3 minuten over, er werd al naar ons uitgekeken. De terugvaart naar Dalvik was rustig, we hadden plaatsjes veroverd in de kombuis (er zijn meer mensen aan boord, dan dat er zitplaatsen zijn). Gisteren zijn we doorgereden naar Akureyri, de 2e grootste plaats in IJsland. De plaats doet bij het binnenrijden al vriendelijk en gezellig aan. Op ons gemak boodschappen gedaan, een Vodafone winkel opgezocht om mijn gsm internet kaart te laten repareren en onszelf op een lekker etentje getrakteerd. Het restaurantje bood een lopend buffet aan, veel verschillende hapjes en alles even lekker. Na ons tegoed te hebben gedaan aan de taartjes en koffie weer bomvol terug naar de camping. Vandaag opgestaan met regen, er was slecht weer voorspeld en dat klopt dus.

2014-08-04 - Hvammstangi
Vanaf Breiðavik zijn we verder gegaan met onze reis langs de Westfjorden. Onze volgende stop was in Tálknafjörður, twee fjords en zo'n 100km over gravelwegen verder. De camping daar was verrassend druk, ook met veel gezinnen. In het naastliggende zwembad konden we douchen. De volgende dag weer verder naar Þingeyri, weer zo'n 100 kilometer, gelukkig met wat meer asfalt. Halverwege de Dynjandi waterval bezocht. De hoofdwaterval is een mooie brede, naar boven taps toelopende waterval. Ook de lager gelegen kleinere watervallen waren een mooi gezicht. De wandeling uit ons wandelboek naar de waterval viel ons wat tegen, het was gewoon het hoofdpad naar de waterval, daar hadden we het boek niet voor nodig. Het is inmiddels beter weer geworden, nog wel koud (overdag 10-12 graden, 's-nachts 4-5 graden), maar met veel zon en in de zon uit de wind kan het lekker zijn, net als een zonnige maartse dag bij ons.. In Þingeyri zijn we dan ook maar een dagje gebleven om uit te rusten en van de zon te genieten. Volgende stop was Ísarfjörður, de grootste stad (4500 inwoners) van de Westfjords. We hadden gehoord dat dit weekend een festival zou plaatsvinden en we waren benieuwd of we nog wel op de camping terechtkonden. Op de geplande camping was nog plaats maar het was al behoorlijk druk. De camping was ook de locatie waar zaterdag en zondag de moddervoetbalwedstrijden zouden worden gehouden. Er waren diversen moddervelden aangelegd en het leek erop dat het een uitbundig spektakel zou worden. We zijn maar doorgereden naar een camping in het havengebied, waar nog voldoende plaats was. Hier midden in het stadje merken we weinig van de festiviteiten. Er treden ook bands en DJs op, maar die beginnen meestal pas na 12'en en dat redden we niet meer :). Het stadje heeft wel enkele straten met leuke oude huizen van hout en golfplaten. De stad wordt ook aangedaan door cruiseschepen, de dag dat we aankwamen lag een enorm cruiseschip voor anker in de buitenhaven en werden de passagiers met shuttle bootjes overgezet. De volgende ochtend bleek dat de schepen ook aan de kade afmeren, net achter de camping (op 100 meter) lag nu de Prinsendam. Wel een leuk gezicht, die grote schepen in een kleine plaats. Zaterdag wat rondgereden en de plaatsjes Flateyri en Suðureyri bekeken. Flateyri was leuk met een huisje dat nog was ingericht zoals de bewoners van rond 1920 het hadden achtergelaten. In Bolangarvik met de auto naar een uitzichtpunt gereden, de huisberg Bolafjel met een geweldig uitzicht op het Nationale Park Hornstradir, het volgende schiereiland en daarna de camping daar opgezocht. Een plekje met elektriciteit te vinden was nog even lastig, ook hier werd het knap vol. Douchen kon in het zwembad, maar dat sloot al om 6 uur. Nog even lekker in de zon kunnen zitten. Ik heb een probleem met mijn IJslandse internet gsm kaart, in het dorp in het restaurant even opgezocht hoe ik de helpdesk van Vodafone kan bereiken, maar die geven niet thuis. Het is dus nog even behelpen. Zondag begonnen aan de rit om de Westfjords te verlaten, een 250km lange route, waarbij een 10-tal fjords wordt langsgereden met elke keer weer fantastische uitzichten. Onderweg even gestopt bij een Poolvossencentrum, waar een in mei geboren weespup werd opgevoed om in september weer in het wild te worden uitgezet. Verder nog een zeehondenkolonie gespot en bij een pasovergang een sneeuwgrot bekeken. We hadden gepland om in Reykjanes te overnachten, het hotel/camping met bijbehorend zwembad zag er nogal onaantrekkelijk uit en het was nog vroeg. We zijn daarom doorgereden naar Drangsnes, een kustplaatsje waarvan we wisten dat er vrij toegankelijke hottubs bij de haven waren. Het busje op de camping geplaatst en naar de hottub. Wel verplicht eerst douchen aan de overkant van de straat. Dat valt dan even tegen bij een snijdend koude wind in je natte vel over straat te moeten. Een uurtje in de hottub van zo'n 40 graden helpt je er wel weer bovenop. Gezellig zitten babbelen met een Duits echtpaar, dat net als wij met een busje onderweg is. Terug in de bus lekker winters gegeten: erwtensoep met een tosti en glühwein. We kunnen er weer tegen. Vandaag verder de Westfjords uitgereden en de eerste stop in Noord-IJsland bereikt: Hvammstagi. Hier het zeehondencentrum bekeken en een eindje langs de kust gereden om de aanbevolen locaties met zeehondenkolonies te bekijken. Een mooie kust, maar de zeehonden zitten te ver weg voor mooie foto's. Terug naar de camping en nog een uurtje in de zon.

2014-07-29 - Breiðavík
Dinsdag werd het in de loop van de middag weer wat beter en zijn we alsnog de kustwandeling gaan maken. Mooie kliffen en door de zee en wind geboetseerde basaltrotsen. In het volgende dorp een verlate lunch genomen, lekkere quiches, en op ons gemak weer teruggelopen, Busje ingepakt en naar ons volgende doel, Ólafsvik, net aan de andere kant van het schiereiland. De bedoeling was een binnenweg over de berg heen, maar door laaghangende bewolking had dat niet veel zin, dus maar de lage route eromheen, ook erg mooi. Ook in Ólafsvik erg regenachtig, de volgende dag weer door naar het noorden. We willen de Westfjords in, de eerste halte is in Laugar i Sælingsdalur, een camping bij een hotel met zwembad en een natuurlijke hottub. 's-avonds gelijk de hottub in en lekker liggen weken. De volgende dag een wandeling gemaakt naar een kloof met aan het eind een waterval. Op de terugweg werden we door een regenbui overvallen, bij de camping terug kwamen we langs de hottub en daar maar gelijk gebruik van gemaakt, we waren toch al nat. De volgende dag weer regenen, toen we wilden wegrijden kwamen we niet meer weg, we moesten nog een kleine hobbel omhoog, maar het was te blubberig. Gelukkig boden 4 jonge IJslanders aan te helpen, hun auto stond nog net op de weg en zo konden we met een sleepkabel en een paar duwers uit de prut worden getrokken. Bij het afscheidnemen bood Anja hun spontaan onze laatste fles port aan :(, maar ja het was voor een goed doel. De tweede stop was in Reykhólar met een camping bij het zwembad. Onderweg hadden we al veel ballonnen en versiering gezien en bij de toeristen informatie hoorden we dat dit weekend het jaarlijkse plaatselijke feest werd gevierd met het hele weekend allerlei activiteiten en wedstrijden, een presentatierit met oude traktoren en als sluitstuk zaterdagavond een diner met dansen na. We wilden wel eens zien hoe de IJslanders feest vieren en hebben voor die avond kaartjes gekocht. Er bleken ruim 250 mensen op af te komen, het dorp heeft maar 150 inwoners, maar er komen ook mensen uit de omliggende boerderijen en uit verderweg liggende schiereilanden. Lange tafels en zoek maar een plaats. We kwamen terecht naast een stel waarvan de man gelijk een praatje met ons aanknoopte, een gepensioneerde medewerker van een kabelbedrijf. Hij heeft de avond verder voor de vertaling gezorgd. Een stel meiden zongen een locaal lied en er werden prijzen uitgereikt voor de vandaag gehouden wedstrijden. Het eten werd centraal opgediend, per tafel mocht je langs komen. Gegrild lamsvlees, gepofte aardappel, salade, mais met wortelen en als toetje een stuk chocoladecake met aardbeien en kiwi, alles even lekker. Het lamsvlees is hier in IJsland echt heerlijk. Zondag weer op stap gegaan, aan het eind van de middag nog een wandeling gemaakt langs een mooi meer, het Vatnsdalvatn. Even voor de wandeling zijn we gestopt op een parkeerterrein met een mooi overzicht over de baai voor een koffie en daar zagen we op de rotsen in zee een Zeearend met twee jongen. Zeearenden zijn hier bijna uitgeroeid geweest, maar de populatie begint weer te groeien. Wel erg leuk om er nu een gezien te hebben. Na de wandeling naar de camping in Flókalundur, vlakbij deze camping ligt aan zee een natuurlijke hottub. Hebben we helaas niet gezien, we wilden 's-ochtends nog een wandeling maken en dan de hottub in, maar het weer gooide roet in het eten. Onze plannen voor een tweede wandeling vanaf de camping maar geskipt en weer de auto in, op weg naar het uiterste westpunt van IJsland, de Látrabjarg kliffen, een bekende plek om vogels te bekijken. Een mooie wandeling langs de steile kliffen met veel papagaaiduikers, drieteenmeeuwen en zeekoeten. Vooral de papegaaiduikers blijven erg fotogeniek. We zitten nu op de camping in Breiðavík, het waait hard, maar het zonnetje schijnt. Vanochtend weer wat gewassen en een wandeling langs het strand gemaakt. De camping ligt naast een hotel, waar gebruik gemaakt kan worden van eetkamer, keuken en douches. Daarnaast gratis internet en koffie en thee, dus hier kunnen we de verhalen en foto's even bijwerken.

2014-07-22 - Arnarstapi
Na Reykjavik zijn we weer teruggegaan naar Þingvellir om de gemiste wandeling alsnog te lopen. Het weer is inmiddels wat verbeterd, nog wel volop bewolkt, maar het is droog. Þingvellir is een streek waar twee aardplaten van elkaar schuiven, waardoor de grond vol diepe kloven zit. Erg mooi terrein om doorheen te wandelen. Het eerste deel van het pad was keurig, breed en met gravel bestrooid, bij het tweede deel waren we maar wat blij dat we de kaplaarzen hadden aangetrokken, smalle natte en glibberige paden door het struikgewas. De laatste 3 kwartier hebben we in de regen gelopen. De grote bezienswaardigheid in Þingvellir is de grote kloof waar in vroeger dagen de algemene vergadering werd gehouden en waar recht werd gesproken. De kloof is hier zo'n kilometer lang en de klif ongeveer 80 meter hoog. Tegenwoordig worden op deze plaats grote landelijke feesten gehouden, waar dan in de vallei duizenden mensen bijeenkomen. Na Þingvellir weer doorgegaan met onze reis, nu via de kust langzaam naar het noorden. Uit ons wandelboek een wandeling gekozen naar een waterval, de Glymur. Het weer zit nu weer eens mee, droog en volop zon, we kregen het zelfs weer warm. De wandeling was avontuurlijk en zwaar, maar gaf wel prachtige vergezichten op de 120 meter hoge waterval en de diepe en steile kloof. Een half uur na het begin moesten we via een grot afdalen naar de rivier en die vervolgens oversteken, eerst via een aantal stapstenen en dan over een boomstam met als evenwichtshulp een losgespannen kabel. Het pad omhoog was op enkele plekken behoorlijk steil en vlak langs de rand en daarom 'gezekerd' met een staalkabel. Als je daar te hard aan trok, trok je de pinnen uit de grond. Boven aangekomen moesten we de rivier weer oversteken. Daar waren we op voorbereid en hadden we onze duikschoenen voor bij ons, de rivier stroomde niet hard, maar was wel 50 meter breed en dat is op blote voeten niet prettig. Veel mensen zag je hier dan ook omkeren. Ook de afdaling gaf weer mooie uitzichten op zowel de waterval als op de fjord. Voor de overnachting hadden we hotel/camping Eldford uitgezocht. Vlak bij de volgende geplande wandeling en voorzien van een warmwaterbad. Aangekomen blijkt het een vervallen hotel met camping, sportzaal en geothermisch verwarmd zwembad te zijn. De sporthal was al lang niet meer in gebruik, maar er kon wel van de kantine, keuken en toiletten gebruik gemaakt worden, de douches waren afgesloten. Het zwembad bleek lek te zijn, het uit de grond gepompte warme water liep zomaar weg. Een paar vindingrijke IJslandse gasten van het hotel hadden kans gezien een waterslang aan de warmwaterpomp te bevestigen, zodat daarmee de hotttub kon worden gevuld. Dus alsnog lekker zitten weken. Gisteren een korte wandeling gemaakt naar de mooie en kogelronde krater Eldborg. Deze steekt 100 meter boven de vlakte uit met steil oprijzende wanden. Het pad er naar toe slingerde leuk door de lavavelden. Boven op de scherpe kraterrand was het uitzicht op de krater en het omliggende terrein grandioos. Op weg naar de volgende stop zijn we met het busje een gravelweg door de lavavelden opgereden en hebben genoten van de mooie kleuren in het gesteente. In één van de reisboekjes stond ook aangegeven, dat bij een baaitje onderweg regelmatig zeehonden te zien zijn, wij even kijken. Op het eerste gezicht niets te zien, maar na 5 minuten langs de kust zagen we wat vreemd gevormde rotsblokken in zee. Pas bij het dichterbij komen zagen we dat het inderdaad zeehonden waren, je kon ze vrij dichtbij benaderen, Anja heeft weer hele series foto's kunnen maken. De camping in Arnarstapi ligt heel mooi tussen de bergen en de kust, heeft helaas geen warm water en geen douches, dus maar weer wassen in het busje. Vanochtend hadden we gepland een kustwandeling te maken met als beloning een lunchbuffet in een naburig dorp. Het weer werkt helaas niet mee, vanochtend begonnen met miezelregen en nu (12:00 uur) zitten we in dikke mist.

2014-07-19 - Reykjavik
De wandeling in Þingvellir is even niet doorgegaan, regen, regen en zeer laag hangende bewolking. Maar besloten vroeger naar Reykjavik te gaan. Weer een leuke internationale camping met veel jongeren die hier starten voor een trektocht in de bergen. Dus de hele dag komende en gaande groepen, bij het centrale gebouw is internet en kookgelegenheid, zodat er altijd veel mensen zijn. Als je wilt internetten moet je wel snel zijn, want stopcontacten en zitplaatsen zijn er altijd te weinig. De regen maakt het hier ook een stuk minder leuk, maar in de stad zijn er meer mogelijkheden om je binnen te vermaken. We hebben nog nooit zoveel musea achterelkaar bekeken, het als museum ingerichte woonhuis van de beeldhouwer Ásmundur Sveinsson vonden we wel het mooiste. In de stad zijn wel weer veel cafés en restaurants en we hebben dan ook verschillende keren erg lekker gegeten en gebruik gemaakt van de happy hours, waarbij de drankjes dan nog enigszins betaalbaar worden :). Op het eilandje Viðey hebben we nog een wandeling gemaakt, wel net tussen de buien door, maar door het natte gras toch wel weer doornatte schoenen en broek. Bij een meertje werden we aangevallen door Noordse Sternen, erg felle en sierlijke vogels, die tijdens het broedseizoen alles aanvallen wat hun broedgebied binnenkomt. Dus molenwiekend maar snel doorgelopen.

2014-07-14 - Þingvellir
Vanaf Brauterholt hebben we een poging gedaan om verder het binnenland in te komen. Die poging strandde al snel nadat de weg van verhard naar gravel overging. Veel los gravel en de eerste kilometer leek de weg wel een wasbord, het busje en wijzelf trilden helemaal los. Terug naar de verharde weg en daar een wandeling gemaakt. Deze omgeving zit vol met waterkrachtcentrales en grote stuwmeren. Een stukje over de dijk van een meer gelopen en een heuvel ernaast beklommen voor een overzicht. Op de terugweg naar de bewoonde wereld een uitstapje gemaakt naar de opgegraven restanten van de Vikingboerderij Stöng, ook weer over een uitdagende gravelweg van 5km. Leuk om bij die opgravingen en de in de buurt nagemaakte museumboerderij te zien hoe in die tijd, zo rond het jaar 1000, de grote herenboerderijen er uitzagen. Onze volgende stop was in Geysir, een geothermisch gebied, waar de geiser Strokkur nog actief is. Elke 6 tot 10 minuten wordt een fontein heet en stomend water de lucht ingeschoten. Soms wel tot hoogtes van 20 meter. Verder een groot aantal borrelende en pruttelende stoomgaten. We stonden hier op de camping wel lekker vlakbij en konden alles lopend aan. We hebben het busje maar op het parkeerterrein van de camping gezet, het had al uren geregend en de grasvelden waren veranderd in een grote blubberpoel. Hier hebben we ook weer eens kunnen wassen. Nooit gedacht dat het vinden van was- en drooggelegenheid zo moeilijk zou zijn. Op deze camping was gelukkig zowel een wasmachine als een droger aanwezig, helaas maar één stopcontact, dus een lange wasdag. 's-avonds ter compensatie lekker gegeten in hotel Geysir. Daarna een nieuwe poging om het binnenland in te rijden, eerst langs de waterval Gulfoss, een brede waterval in twee etappes, waar een enorme massa water naar beneden komt, vervolgens de gravelweg op met als doel Hveravellir, een hut met camping 80km verderop over de gravelweg. Gelukkig was deze wel berijdbaar, wel veel kuilen en gaten, dus blijven opletten. Deze weg (wegnummer 35) loopt van het zuiden naar het noorden tussen twee gletsjers door. De hele rit heb je dus zicht op die gletsjers. Aan de linkerkant de Langjökull en aan de rechterkant de Hofsjökull. Hveravellir is een geothermisch gebied en bij de hut is een natuurlijke warmwaterbad. Het bad wordt op temperatuur gehouden door buizen met heet en koud water. De heetwaterbuis zit op een vaste plek, de koudwaterbuis kan worden verplaatst, zodat je zelf de temperatuur kunt bijstellen. Na een mooie wandeling naar en om de krater Strýtur, waarbij we het laatste uur in de regen hadden gelopen waren we blij dat we in de hut nog een kop soep konden krijgen. Daarna lekker een uurtje liggen bij te komen in het warmwaterbad, heerlijk. Ook tijdens het badderen regende het volop, gelukkig hadden we voor onze kleding en handdoeken een redelijk droog plaatsje gevonden. De volgende dag, na een duik in het bad, weer op weg gegaan. Dezelfde weg als gisteren, maar nu de andere kant op. Geeft toch weer andere uitzichten. Twee lifters meegenomen, een leuk Tsjechisch stel dat bezig is met een wereldreis van 2 jaar. Door de regen lagen er nu wel meer grote plassen op de weg, bij de eerste wegbrede, diepe plas nog even geaarzeld, maar het busje hield zich goed. Bij de volgende plassen werden we steeds makkelijker. Laat in de middag aangekomen in Þingvellir, een plaats waar in het verleden in IJsland de jaarlijkse algemene vergaderingen werden gehouden. De gehele bevolking kwam bijeen voor het lezen van de wet en om conflicten te beslechten. De laatste vergadering was in 1798. Vandaag hebben we een rustdag gehouden, pas om half elf op en wat zitten lezen. Zowat de hele dag heeft het geregend, dat maakt het wel makkelijker om niets te blijven doen. Morgen nog een wandeling in de omgeving en dan op naar Reykjavik.

2014-07-09 - Brautarholt
Maandag op weg naar de volgende stop in Kirkjubaerjarklaustur, een kleine camping met eigen waterval. Een kleine wandeling rond het dorp en bovenliggende rotspartij gemaakt. Langs een waterval omhoog, door weiden langs een meertje met weer veel sterns en wulpen en weer steil omlaag naar de camping. Daarna op weg naar Þakgil, een camping aan het eind van een gravelweg van 14km door een klovengebied vlak voor de plaats Vik. Dit klovengebied was prachtig en spannend om doorheen te rijden, veel bulten in de weg waardoor je geen zicht hebt op tegenliggers of het verloop van de weg en steeds het uitzicht op de uitlopers van de gletsjer Mýrdalsjökull. De camping ligt ook op een geweldige plek, een vlak driehoekig dal ingesloten door hoge kliffen. Eetgelegenheid met vuurplaats is gemaakt in grot bij de camping. Vanaf de camping hebben we een wandeltocht gemaakt naar de gletsjer, weer langs mooie kloven en over hoge graten tot op de eindmorene van de gletsjer. Zo vlak bij de gletsjer zagen we nog een brok ijs naar beneden storten, een enorm geraas en de grond schudde ervan. Vandaag weer genoten van de terugrit naar de 'grote' weg en onze reis naar West-IJsland voortgezet. Op dit deel zijn veel watervallen te bekijken. Één van de bekendste is de Skogafoss, een 65m hoge en 15m brede waterval. Met trappen kon je naar een platform om de waterval van bovenaf te bekijken. Bij een volgende waterval, de Seljalandsfoss, liep een pad achter de watermassa om. Een beetje nat, maar wel erg spectaculair. Bij een naastgelegen kleinere waterval lag een groot rotsblok voor het onderste deel. Hier kon je bovenop klimmen om de waterval te bekijken en via stenen kan je langs de rivier tot aan de waterval komen. Na een koffiebreak weer op weg over een wat saaier vlak gedeelte en naar de dorpscamping van Brauterholt, een klein stukje het binnenland in. Hier kunnen we douchen in het zwembad, ook wel apart.

2014-07-09 - Brauterholt
Vanaf de boerencamping nog een uitstapje gemaakt met het busje naar de gletsjer Fláajökull, een bochtige gravelweg met aan het begin al een flinke plas over de weg. Na de diepte te hebben bekeken, het doorrijden toch maar gewaagd, en na een half uur over veldwegen en dammen het eindpunt van de weg bereikt. Te voet verder tot vlak bij de gletsjer, het landschap blijft wild en mooi. 's-avonds lekker uit eten geweest in restaurant Brunnhöll, een dinerbuffet met als specialiteit eigengemaakt ijs. Daarna op weg naar onze volgende stop in het nationale park Skaftafell. Onderweg gestopt bij de gletsjermeer Jökulsarlón, een prachtig meer met veel drijvende ijsbergen. Door een smalle geul drijven de afgebrokkelde ijsklompen uiteindelijk naar zee. Een machtig gezicht om die klompen ijs op elkaar te zien botsen, sommige spoelen aan op het strand en vormen dan de meest mooie ijsbeeldhouwwerken. We schrokken wel van de drukte, na alle stilte in Oost-IJsland moeten we weer wennen aan veel auto's en mensen bij bezienswaardigheden. Maar ook hier geldt: na een half uur wandelen zie je niemand meer. Op zee nog een zeehond gespot, het beest kwam steeds dichter bij de kant waar het steeds op voedsel dook. We hebben zo een 300 meter naast het beest kunnen oplopen. Verderop langs de weg nog een aantal keren een zijpad naar een uitzichtpunt op de gletsjers genomen, het blijft een fantastisch gezicht. De camping in Skaftafell was behoorlijk groot met veel groepen, waardoor het sanitair al snel te kort schiet. Vooral als ze niet zo snel zijn in het onderhouden en repareren van kapotte wc's of douches. Verder wel heel erg mooi gelegen. Uit ons wandelboek een wandeling gekozen over de rivierspoelvlakte tussen twee gletsjers in, ook weer heel apart, zo een immense vlakte met keien en kiezels. De in het boekje beloofde hottub was helaas niet veel, na een zompig paadje kwamen we bij een afgedamd modderig poeltje met lauw water, niet echt een uitnodiging om eens lekker te gaan zitten weken. Het pad was op enkele delen moeilijk te vinden, vlak na een beekoversteek (schoenen uit, op blote voeten door het ijskoude water en over de kiezels) verdween het pad definitief in de lupinevelden. Dan maar zelf de weg zoeken en de vlakte doorkruisen. Gelukkig zagen we wat andere wandelaars en kwamen we weer op het pad terecht, zodat we goed bij de brug over de rivier uitkwamen. Op de terugweg naar de camping langs de waterval Svartifoss gelopen. Deze 30 meter hoge waterval is bekend door de zwarte basaltkolommen waarover hij in de diepte stort. Zondag zijn we met een georganiseerde gletsjerwandeling meegeweest. Voor ons weer een nieuwe ervaring, lopen met stijgijzers en een flink eind de gletsjer op. Na uitleg over looptechnieken en het gebruik van pickel en gordel de gletsjer op. Nooit gedacht dat je jezelf zo zeker kunt voelen op de toch wel steile hellingen in het ijs. Enkele moeilijke plekken waren gezekerd met touwen, zodat we er veilig langs konden. We hadden een leuke kleine groep en de gids heeft ons mooie ijs- en smeltvormen laten zien.

2014-07-02 - Lambleiksstaðir
De route naar de Strútsfoss liep over een mooie landelijke gravelweg van 20km. Onderweg werden we begeleid en aangevallen door woedende scholeksters, blijkbaar rijden we door hun broedgebied. Wel erg leuk, die vogels op ooghoogte naast de bus. De wandeling naar de waterval was afwisselend door lupinevelden en over weiden met schapen, op het eindpunt hadden we een mooi uitzicht op de waterval. Naar onze smaak iets te veraf, dichterbijkomen kon alleen over padloos terrein met diverse beekoversteken, dat hebben we maar laten zitten, te gevaarlijk. Via Egilsstaðir – supermarkt en gsm kaart voor internet – weer terug naar de fjordenkust. De planning was Eskifjörður, maar de camping daar bleek achter een olieopslagplaats te liggen. Doorgereden naar Neskaupstaður, het laatste plaatsje aan deze weg. Via een bergweg langs een skigebied en een erg smalle en donkere tunnel bij de top in het plaatsje aangekomen. De camping hier lag prachtig, op een verhoging boven het dorp, met goed uitzicht op de fjord. Dit plaatsje heeft in het verleden veel last gehad van sneeuwlawines, nu zijn achter het dorp hoge sneeuwbarriéres gemaakt, die zijn aangekleed als een park met wandelpaden. Bij een wandelingetje door het dorp en de haven werden we verrast door het geblaas van een bruinvis. Hij (of zij) was enkele keren goed te zien met de vin en een groot deel van de rug boven water. Maar al snel was hij te ver weg. Ook voor IJslanders was dit blijkbaar ongewoon, verschillende mensen kwamen naar buiten om te kijken. In een paar dagen tijd langzaam langs de fjordenkust naar het zuiden gereden met stops in Stöðvarfjörður, Djúpivogur en Höfn. In Djúpivogar een excursie gemaakt naar het eiland Papay. Lekker uitgewaaid op de boot en onder begeleiding van een gids het eiland over. De gids kon leuk vertellen en wist veel over de vogels en de geschiedenis van het eiland en zijn bewoners. Bij een kleiner eiland onderweg hebben we nog een groep zeehonden gezien. Op Papay zelf ging de meeste aandacht naar de papagaaiduikers, die blijven leuk om te zien met hun felgekleurde snavel. Maar ook hele kolonies drieteenmeeuwen, stormmeeuwen, zeekoeten en eiders. Gisteren nog even naar het schiereiland Stokksnes gereden en gewandeld. Op deze plaats zijn de eerste Viking kolonisten aan land gekomen, om dit te gedenken staat er een monument en is een Vikingdorp nagebouwd. De grillige rotsachtige kust is ook een fijn wandelgebied met veel vogels en een aantal zeehonden. Van de gids op Papay hadden we al gehoord dat het vandaag zeer slecht weer zou zijn met stormwaarschuwingen voor het hele land. Wij zitten nu op een boerencamping met uitzicht op twee gletsjers (als de wolkenbank even optrekt) en houden een verplichte rustdag. Het heeft de hele nacht en ochtend flink geplenst, maar wij hebben het lekker warm in ons busje.

2014-06-25 - Valpjofsstaðir
Zo, na 6 dagen weer een camping met elektriciteit en internet. De campings zijn hier (nog) erg rustig en hebben vaak maar beperkt sanitair. Wel schoon, maar we zijn benieuwd hoe het in het hoogseizoen is. Vanaf Seyðisfjörður zijn we eerst een stukje naar het noorden gereden,de afgelegen fjord Borgarfjörður. De camping lag hier wel prachtig, een weids uitzicht op de bergen rondom. Bij het haventje lag een schiereiland met kolonies Puffins (papagaaiduikers) en Drieteenmeeuwen. De Puffins zijn erg grappige vogels om te zien met een grote felgekleurde papegaaisnavel. Ze broeden in holen, die we wel een meter diep kunnen zijn. De Drieteenmeeuwen broeden op richels tegen de klif en zijn vanaf een uitkijkplatform goed te zien. In veel nesten waren kuikens te zien, erg schattig. Achter de camping lag een grote rots die door de IJslanders als het kasteel (Álfaborg) van de elfenkoningin wordt gezien. Daarna weer terug richting Egilsstadir, de administratieve hoofdstad van deze streek en weer genieten van de mooie, deels onverharde weg met veel stops om vogels te bekijken. Met behulp van ons vogelboek leren we zo al een boel soorten herkennen. Verder het binnenland in langs het meer Lagarfjlót. Langs dit meer zijn de grootste bossen van IJsland, wat voor IJslanders uniek is en waar dan ook volop wordt gerecreëerd. Op een camping in het bos stonden we eerst een tijdje alleen, maar kregen toen een gezin naast ons, autoradio luid aan, blerrende kinderen en kijvende ouders. Gelukkig werd het na elven stil. Een wandeling gemaakt naar één van de bekendste en hoogste watervallen in IJsland, de Hengifoss. Erg indrukwekkend, die donderende watermassa's en de hoekige vormen van gestolde lava. Bij een informatiecentrum hoorden we dat we konden kamperen bij een hotelletje op de hoogvlakte, waarbij warme bronnen waren. Na een bezoek aan de stuwdam zijn we daarheen gereden. De rit over de hoogvlakte (70 kilometer) was weer geweldig, veel grote sneeuwplakken en overal meertjes, natuurlijk weer regelmatig gestopt om zwanen en andere vogels te fotograferen. Bij het hotelletje konden we gewoon op de parkeerplaats kamperen en we konden ook gebruik maken van de warmwater baden, heerlijk zo een klein uurtje liggen weken in water van 35-40 graden met je hoofd en schouders in de frisse buitenlucht. Vandaag een schitterende wandeling gemaakt over de hoogvlakte, langs rivieren, watervallen, canyons en uitzicht op de berg Snaefell. Wel lastig lopen, veel langs schapenpaden, die net te smal zijn of zonder paden over rotsen en drassige weilanden. Maar alle moeite werd helemaal goedgemaakt door het ontmoeten van kuddes rendieren. Eerst op grote afstand een kudde vrouwtjes met jongen en even later een kudde mannetjes met grote geweien. Deze kudde liep aan onze kant van de rivier te grazen en bleven voor ons uit lopen en hielden ons daarbij goed in de gaten. Elke keer als we dichterbij kwamen, verdwenen ze weer over de heuvel. Bij het beklimmen van een heuvel zagen we ze plots weer terug op 100 meter voor ons en we konden mooi schuilen in een verdieping van het terrein. Zo hebben we ze een klein half uurtje van dichtbij kunnen bewonderen. Helemaal enthousiast weer terug in het hotelletje, de eigenaar was ook nieuwsgierig of we ze gezien zouden hebben, de kudde mannetjes zwerft al zo'n 10 dagen in de buurt rond, maar niet alle wandelaars komen ze tegen.. Nog even in het warme bad en daarna weer door. We zitten nu op een camping aan de zuidkant van het meer. Morgen nog een waterval bekijken, de Strutifoss, en dan weer terug naar de kust.

2014-06-19 - Seyðisfjörður
Gisterenochtend nog een wandeling gemaakt naar de heuvels achter de camping in Æðuvík. Steil omhoog door de weilanden, even wat klauteren over en tussen de rotsband en dan bovenop genieten van het uitzicht. Een rondje gemaakt langs de windmolens en een stuk over de hoogvlakte, langs meertjes en langs de kliffen. We werden daarbij behoorlijk nagezeten door woedende scholeksters. Het is hier broedtijd en dan zijn ze behoorlijk fel. Weer afgedaald naar de camping, spullen gepakt en op weg naar de veerboot. Wat stops op mooie uitzichtpunten en leuke dorpjes en dan aansluiten in de rij met wachtende auto's. Bij deze haven mochten de passagiers niet in de auto blijven en moesten apart door de terminal naar de boot. Was een vreemd gezicht, een hele stoet vrouwen, die met tassen en rugzakjes vanaf de auto naar de terminal liepen. Ik stond met het busje weer in de rij, die het laatst de veerboot op mocht en met de laatste auto's had de bemanning toch wel een flink pasprobleem. Uiteindelijk iedereen binnen en de deuren gingen dicht. Ik was geparkeerd op een omhoog lopende inrit en moest maar hopen dat de handrem het zou houden bij slecht weer! Bij de kamer aangekomen, bleek Anja al gedoucht en omgekleed te zijn. We konden direct door naar het buffet, waar we weer goed hebben gegeten. Als avondprogramma was er live-muziek in één van de bars. Dus met een cocktailtje erbij lekker zitten luisteren. We kunnen inmiddels al weer goed voelen, dat het reizen behoorlijk vermoeiend is, dus vroeg naar bed. We hebben nu een binnenkamer en dat is wel even wennen. Het is zo donker, dat we maar een bedlampje aan hebben gelaten. De aankomst in IJsland in het havenplaatsje Seyðisfjörður was weer fantastisch. Eerst een lange tijd langs de IJslandse kust gevaren, met een bergachtig landschap met nog veel sneeuw. Daarna de fjord in, zodat de bergen aan twee kanten oprijzen. Bij het aanmeren weer snel naar beneden en de auto in. In z'n achteruit de oprit af en de boot uit. De camping opgezocht en ons weer geïnstalleerd. Daarna het dorpje bekeken, geld gehaald en boodschappen gedaan. Even schrikken, alles is wel 2x zo duur als in Nederland. Vandaag houden we het verder rustig. Het is weer tijd om eea te wassen.

2014-06-17 - Æðuvík
Op weg naar Hirthals nog even Løkken bekeken. Leuk dorpje en al behoorlijk wat toeristen. Hier worden de vissersboten nog het strand opgesleept. Na nog wat inkopen doorgereden naar Hirthals. Het inchecken voor de ferry ging vlotjes. Wij werden in een rij met Jeeps ingedeeld. Na een klein uurtje mochten we de boot oprijden en konden we onze hut gaan bezichtigen. De overtocht naar de Faeröer eilanden duurt 36 uur, dus we hadden ruim tijd om alles op het schip te ontdekken. We hebben genoten van de buffetten en de tukjes tussendoor in onze hut. Na 12:00 uur was er live-muziek en hebben we nog wat gedanst. Hoempapa muziek is niet echt onze stijl, maar het was toch leuk. En zo werd het al snel weer tijd voor de aankomst in Tórshavn. We konden nu als één van de eersten de boot afrijden en waren na 5 minuten al op de camping, die net buiten het stadje lag. Camping is overigens een groot woord voor een parkeerplaats met stroomvoorziening. Het sanitair was wel OK en het uitzicht was geweldig. Voor maandag hadden we een helicopter vlucht naar het eiland Suðuroy gereserveerd, maar helaas, de vluchten waren wegens mist geannuleerd. Even slikken, maar daarna snel de boel gepakt en een rit over het eiland gemaakt naar het noordelijkste dorpje Gjógv. Een leuk klein dorpje aan de voet van een klif met een haven met sleephelling in een kleine fjord. Onderweg kwamen we langs het instappunt van een wandeltocht naar de hoogste berg van deze eilanden, de Slættaratindur van 882 meter. Op de parkeerplaats even zitten lunchen. Er kwam net een hele groep Denen naar beneden en van hen hoorden we dat de tocht 3-4 uur had geduurd. Een mooie wandeling, maar af en toe best pittig. we besloten al snel deze wandeling ook te gaan maken. Al snel kwamen we erachter waarom de groep een gids bij zich had. De paden waren onduidelijk en niet gemarkeerd. Op geluk en schapenpaden volgend naar boven gelopen. Inmiddels was de top al geheel in wolken gehuld en was niet meer zichtbaar waar we heen gingen. Uiteindelijk stonden we op de graat, waar een leuk zitje was gevormd. Het was te koud en nat om lang te blijven dus al snel weer naar beneden. De mist werd alleen maar dikker en we konden niet de juiste richting bepalen. Af en toe hoorden we verkeer over de weg rijden, zodat we een beetje koers konden houden. We liepen door een weiland met veel stroompjes toen we een enthousiaste fietser hoorden gillen, de weg was nog maar 100 meter verder. Toen alleen nog de vraag of we links of rechts van de auto waren uitgekomen. Op Anja's gevoel naar links gelopen en ja hoor na zo'n 500 meter zagen we de auto opdoemen. In Gjógv na wat zoeken de camping gevonden, alweer met prachtig uitzicht. Vandaag een wandeling gemaakt naar de kliffen bij het dorp, een leuke wandeling met hele steile stukken, waar een soort uitgesleten trap in het grasland is ontstaan. Daarna ingepakt en op weg naar het zuidelijkste punt van het eiland: Æðuvík. Onderweg genoten van het uitzicht op de vele baaien en fjorden die we tegenkomen. Bij een paar meertjes geluncht en daarna door naar de camping. En ja hoor, weer met fantastisch uitzicht. We hebben overigens geluk met het weer. Vanmiddag werd het strakblauw met volop zon. Je moet alleen niet in de schaduw terechtkomen, Dan wordt het door de wind al snel koud. Morgen de veerboot weer op voor het laatste stuk naar IJsland.

2014-06-13 - Løkken
Woensdag weer op weg naar het noorden. Via verschillende smalle duinstroken tussen zee en fjorden door. Onderweg enkele keren gestopt om van het uitzicht te genieten. De ene keer met een aantal vissershuisjes die waren omgetoverd tot toeristische attractie, de andere keer bij een vogelobservatiehut bij een drooggevallen fjord. Elke herfst loopt de fjord weer onder, waardoor het een rust en fouragepunt voor veel trekvogels is. De observatiehut was voorzien van verschillende kijkers en borden met uitleg over de te spotten vogels. Bij de plaats Thisted een camperplaats gevonden bij een publiek strandje. Er was een toiletgebouwtje aanwezig, dus we hoefden ons in de bus alleen maar te wassen. 's-avonds werd er overigens nog door veel mensen gezwommen. Die zaten en liepen ook lekker rond in hun badpak, terwijl wij dik aangekleed het nog koud hadden. De volgende ochtend het toch ook maar geprobeerd. Nou, het water was nog flink koud, na 10 meter vond ik het wel genoeg en gauw er weer uit. Het voelde daarna wel lekker opgefrist aan. Verder gereden naar Grønhøj Strand Camping bij het plaatsje Løkken. Een enorm grote camping, maar de meeste Denen werken nog, dus het was alsnog erg rustig. Het sanitair is hier geweldig, een hele rij badkamers van 3x3 meter met wc, douche en wasbak, zoveel ruimte hebben we zelfs thuis niet. Vandaag zouden we het rustig aan doen, uitzoeken wat we aan kleding nodig hebben op de ferry en een stukje wandelen. Het wandelen liep wat uit de hand, 5,5 uur en 25km, heen door de duinen en terug over het strand. De duinen zijn erg afwisselend met stukken heideveld, bossen, weilanden en overal tussenin vind je vakantiehuisjes, vaak met rieten of begroeide daken, waardoor je ze haast niet ziet. Morgen op naar Hirsthals om de ferry te nemen. De ferry vertrekt om 15:30 uur en doet er 36 uur over om de volgende stop, de Faroer eilanden, te bereiken.

2014-06-10 - Bork Havn
Zaterdag hebben we het plaatsje Ribe bezocht. Ribe is één van de oudste Deense stadjes. Zo'n honderd huizen in het centrum staan op de monumentenlijst. De straten zijn nog allemaal bestraat met kinderhoofdjes. Bij de VVV een rondwandeling opgehaald en op ons gemak een wandeling gemaakt door het dorp. Ook hier valt het weer op, dat alles er opgeruimd en schoon uitziet. Aan de buitenkant van het plaatsje nog de jachthaven en de restanten van een fort bekeken. Mooi uitzicht over de laagvlaktes naar de waddenzee. Zondag zijn we naar het lokale oudheidskundig openlucht museum geweest, een paar kilometer van de camping. Ondanks dat het de 1e pinksterdag was, was het hier eigenlijk te rustig. Buiten ons liepen er hooguit nog 10 andere bezoekers over het terrein. Er zijn meerdere boerderijcomplexen uit de Romeinse tijd en de vroege middeleeuwen nagebouwd. Enkele vrijwilligers geven wat leven en inhoud aan het complex. Één van hen stond mosselen en oesters te bakken, die hij 's-ochtends op de wadden had verzameld. Erg lekker. Onder het terrein is een ondergronds museum gemaakt met allerlei in de omgeving gedane archeologische vondsten. Een beginnende regenbui dreef ons hier naar binnen en na een uurtje rondkijken bleek het buiten weer droog. Op de camping aangekomen hoorden we dat het met bakken naar beneden was gekomen, dus geluk gehad, we hadden geen jassen of plu's bij ons. Maandag hebben we Legoland bezocht. Hier was het wel lekker druk :). De met lego nagemaakte gebouwen, dorpen en landschappen zijn erg leuk om te bekijken. Hoe nauwkeuriger je kijkt, hoe meer details je in lego nagemaakt ziet. Het pretpark gedeelte heeft veel van de Efteling weg, een aantal achtbanen, reizen door themaparken en veel water attracties, die door het goede weer druk werden bezocht. Een attractie met piratenboten, waarbij je elkaar en de toeschouwers met waterkanonnen kon beschieten was wel het leukst om naar te kijken. Wel blijven opletten, want je werd zo door een bootbemanning onder schot genomen. Vandaag (dinsdag) een rust- en wasdag genomen. We zitten nu op een camping in een plaatsje aan een kleine binnenzee, Bork Havn. Een klein jachthaventje met wat winkeltjes en restaurants, wat recreatiehuisjes, een camping en een supermarkt. Vanmiddag wat gewandeld langs het water en naar de surfers en kite-boarders gekeken. De temperatuur is vandaag weer tussen 25 en 30 graden, dus we houden het wel uit.

2014-06-06 - Skærbæk
Dinsdag hebben we meerdere kleine plaatsjes in de buurt van Tønder bekeken. In Møgeltønder staat een klein kasteeltje waar prins Joachim en prinses Marie wonen. Niet toegankelijk, maar wel mooi om te zien. Het dorp zelf bestaat voornamelijk uit één straat met kinderkopjes en met leuke ouderwetse huizen, die het kasteeltje verbindt met de dorpskerk. Daarna door naar Højer om de sluis te bekijken, de ruïnes van kasteel Trøjbork en via Bredebro naar Løgumkloster, waar we het klooster hebben bekeken. Daarna door naar de camping in Ballum, waar we weer lekker in de zon hebben gezeten. Woensdag zijn we naar het eiland Rømø gereden (via een vaste dam, hoezo eiland). Hier zijn enorm brede stranden, waarop volop wordt gereden met surf- en kitebuggies. Ook de auto rijden hier over het strand, wij dus ook met het busje. Dit ging kilometers goed en we zochten al een mooi plekje om te lunchen, toen het voor ons uit toch wel wat te vochtig werd. Dat werd omkeren, maar al gauw merkten we dat we daardoor toch in wat ruller zand terecht waren gekomen. En ja hoor een paar honderd meter verder stonden we vast. Alle pogingen om weer los te komen (met sneeuwkettingen :)), resulteerden in steeds dieper in het zand wegzakken. Uiteindelijk maar de hulpdienst gebeld, die na zo'n twee uur ons uit het zand kwam verlossen. Weer een ervaring rijker (en euros armer): we zullen niet meer zo snel het rulle zand inrijden. Het was gelukkig lekker warm en we hebben zo toch nog op het strand geluncht. Donderdag hebben we het eiland verder bekeken. Het weer is inmiddels omgeslagen, 's-ochtends hadden we veel regen, tegen de middag werd het droog, maar wel veel kouder als voorgaande dagen.'s-Ochtends tijdens de regenbuien een winkelcentrum en kaarsenmakerij bekeken. Toch wel erg leuk om zo een kaars te zien ontstaan. 's-Middags werd het droger en hebben we enkele wandelingen gemaakt door mooie duinbossen, heidevelden en langs meertjes. De plaatsjes zijn alle erg kleinschalig. In de bossen staan overal mooie vakantiehuisjes, de meest toeristische plekken hebben een klein winkelcentrum en bij het havenplaatje is een wandelpromenade. Verder moet je het helemaal van het strand hebben, we hebben er nog even naar gekeken, maar durfden er niet meer op met de auto. Ook vandaag regent het achter elkaar door en hebben we maar een pauze- en computerdag genomen. Gelukkig zijn de voorspellingen voor komend weekend goed.

2014-06-02 - Tønder
Zondag 1 juni zijn we vertrokken voor onze nieuwe reis naar Denemarken en IJsland. Via de afsluitdijk, Leeuwarden en Groningen naar Noord-Duitsland. In de buurt van Bremerhafen een ACSI camping gevonden: Regenbogen in Bad Bederkesa. Een camping bij een klein meertje op loopafstand van het plaatsje. Erg gezellig, er was net een braderie. De omgeving zit vol met kuurhotels, mooie parken en watersportmogelijkheden. Vandaag richting Denemarken gereden. De Elbe oversteek was niet per tunnel zoals gepland maar met een veerboot. De tunnelplannen zijn hier blijkbaar ook in de ijskast gezet. Het zonnetje scheen lekker, dus we hebben van de overtocht genoten. Na een paar uur de grens over en het plaatsje Tønder opgezocht. Het busje stond al snel ingericht op de camping en we hebben gelijk het dorp bekeken. Leuke oude huisjes en een gezellige winkelstraat. Weer terug op de camping lekker aan de aperitief gegaan en van de zon genoten (tot half acht).